Investeringen

Toelichting bij de tabellen m.b.t. investeringen en rente

Inleiding

Voor het realiseren van provinciale doelstellingen zijn investeringen vereist. Het gaat hierbij onder andere om investeringen in grondposities, huisvesting, kapitaalverstrekkingen aan deelnemingen en investeringen in (vaar)wegen (PMI/PMO). Met name deze laatste categorie van investeringen kunnen van grote omvang zijn.
Aan het doen van investeringen zijn kosten verbonden voor de provincie. Het gaat hierbij om afschrijvingen en rentelasten. Deze lasten worden gezamenlijk kapitaallasten genoemd. In deze toelichting zal een toelichting gegeven worden hoe deze lasten in de begroting zijn verwerkt en waar in de begroting deze lasten en aanverwante investeringen terug te vinden zijn. Verder zal wat dieper ingegaan worden op de berekening van het renteresultaat.
In dit voorbeeld zal worden uitgegaan van een investering die gedaan wordt in Programma 2 (Bereikbaarheid). De dekking vindt uiteraard plaats in Programma 8 Financiën. Programma 8 geldt als het ware als ‘interne bank’ voor de provincie.

Voorbeeld

De investering betreft een investering van € 100 miljoen in een aan te leggen weg in 2015. Deze investering zal worden geactiveerd en worden afgeschreven in 25 jaar. Het gehanteerde rentepercentage is 2,5% over de gemiddelde boekwaarde. In de tabellen hieronder zal per programma aangegeven worden hoe deze informatie verwerkt wordt.

PROGRAMMA 2 Bereikbaarheid VOORBEELD

Activiteit

Bedrag

Waar terug te vinden in de Begroting?

Doet een investering in 2015

€ 100 miljoen

 Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.4.1 kolom 3

‘Leent’ geld van de interne bank (Programma 8)

€ 100 miljoen

Hoofdstuk 5, Tabel 5.4.2 Investeringskredieten

‘Betaalt’ rentelasten aan Programma 8 vanaf 2016

€ 2.450.000

Programma 2, Operationeel doel 2.1.2 als onderdeel van de kapitaallasten
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.4.1 kolom 17
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.5 onder ‘Aan provinciale wegen’.

‘Betaalt’ jaarlijks afschrijving vanaf 2016

€ 4 miljoen

Programma 2, Operationeel doel 2.1.2 als onderdeel van de kapitaallasten
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.4.1 kolom 12
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.5 onder ‘Aan provinciale wegen’.


Toelichting bij Programma 2:

Zoals uit de tabel hierboven blijkt worden op het Programma 2 alleen de kapitaallasten zichtbaar. Dit geldt in het algemeen voor alle (geactiveerde) investeringen op alle programma’s. De kapitaallasten zijn hier zichtbaar maar de investering of de fictieve lening van programma 8 aan programma 2  (in dit voorbeeld € 100 miljoen in beide gevallen) niet. Dit komt omdat op alle programma’s in de Begroting (1 t/m 8) alleen baten en lasten worden verantwoord en een investering of lening is geen van beide.
De afschrijvingen zijn berekend door het bedrag van de investering (€ 100 miljoen) te delen door 25 jaar. De rentelasten zijn berekend over de gemiddelde boekwaarde (100 mln+96 mln)/2*2,5%.
De investeringsbedragen zijn zichtbaar in staat 5.3.4.1 van hoofdstuk 5. Daarnaast worden deze investeringsbedragen opgenomen in hiervan afgeleide overzichten. Het gaat hierbij om de volgende overzichten:

  • 5.3.3 Netto investeringen;
  • 5.3.6.2 Staat van investeringen en financiering.


De ‘interne lening’ of in andere woorden ‘het beschikbaar gestelde krediet’ komt terug in Hoofdstuk 5 in Staat 5.4.2 Investeringskredieten.
De rentelast in Programma 2 wordt ‘betaald’ aan de interne bank, zijnde Programma 8. Voor Programma 8 kan dan het volgende overzicht gemaakt worden.

PROGRAMMA 8 (Interne Bank) VOORBEELD

Activiteit

Bedrag

Waar terug te vinden in de Begroting?

Heeft geld op de ‘Bank’

€ 150 miljoen

Niet van toepassing (is geen baat of last)

‘Leent’ geld aan Programma 2

€ 100 miljoen

Hoofdstuk 5, Tabel 5.4.2 Investeringskredieten

Uitzetten van ‘overtollig’ kasgeld (Schatkistbankieren)

€ 50 miljoen

Niet van toepassing (is geen baat of last)

Ontvangt rente:

  • Interne rente
  • Externe rente

€ 2.450.000

€ 1.250.000

Programma 8, Operationeel doel 8.1.1
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.6.1 Onder ‘Doorberekende rente’.
Programma 8, Operationeel doel 8.1.1
Hoofdstuk 5, Tabel 5.3.6.1 Onder ‘Rente van verstrekt kasgeld’.

Toelichting bij Programma 8 (Interne Bank)

In dit voorbeeld is ervan uitgegaan dat de provincie in totaal € 150 miljoen aan middelen beschikbaar heeft. Zoals hiervoor beschreven wordt hiervan € 100 miljoen besteed aan de aanleg van een weg in Programma 2. Het restant (ad € 50 miljoen) zal op deposito worden uitgezet bij de Staat in het kader van het Schatkistbankieren. Ook hiervoor krijgt de provincie rente vergoed. In dit voorbeeld is ervan uitgegaan dat deze rentevergoeding ook 2,5% bedraagt. In het rekenvoorbeeld is er vanuit gegaan dat de € 50 miljoen het hele jaar op deposito heeft uitgestaan.
In Programma 8 worden de rentebaten (intern + extern) opgenomen. De berekening van het totaal aan rentebaten is af te lezen uit tabel 5.3.6.1 (Overzicht van het renteresultaat). Hieronder zal een korte uitleg gegeven worden bij het renteresultaat.

Uitleg bij Staat 5.3.6.1 (Overzicht van het renteresultaat):

In het renteresultaat worden alle posten met een rentecomponent opgenomen. De som van het renteresultaat wordt gevormd door de volgende onderdelen:

Rente van vertrekt kasgeld;

  • Dit zijn de rentebaten van de hierboven beschreven uitzetting van € 50 miljoen;

Rentelasten van opgenomen geldleningen

  • Als het geld uit de bestemmingsreserves niet meer toereikend is om het gewenste investeringsniveau te halen dan zal er geld aangetrokken moeten worden om de investeringen te realiseren. Hiervoor moet rente betaald worden;

Rentederving van verstrekte renteloze leningen;

  • deze post wordt op eenzelfde wijze verwerkt als de hiervoor beschreven kapitaallasten. De gederfde rente is een last op het betreffende Programma en een bate in Programma 8. Een overzicht van van deze leningen is opgenomen in staat 5.4.1;

Rente van verstrekte langlopende geldleningen;

  • Zie hiervoor staat 5.4.1;

Doorberekende rente;

  • Hierin zijn o.a. de kapitaallasten verwerkt zoals hierboven is beschreven.

Overzicht van netto-investeringen

In deze tabel vindt u alle netto investeringen voor de jaren 2015 t/m 2019. Het overzicht is ingedeeld in een viertal hoofdcategorien:

  • Lopende investeringen;
  • Vervangingsinvesteringen;
  • Nieuwe investeringen (betreft nieuwe kredieten ten opzichte van de Begroting 2015);
  • Niet geactiveerde investeringen.

Met het vaststellen van deze begroting accordeert Provinciale Staten tevens deze investeringen. Investeringen worden geactiveerd en afgeschreven volgens de regels, die uw Staten hebben vastgesteld in de “financiële verordening Noord-Holland 2011”. Hierin is o.a. opgenomen dat investeringen met maatschappelijk nut (vnl. wegen en vaarwegen) bij voorkeur niet worden geactiveerd. Voor geactiveerde investeringen wordt primair de lineaire afschrijving als afschrijvingsmethode gehanteerd. Overzichten van actuele boekwaarden van geactiveerde investeringen uit het verleden en een specificatie van de in deze begroting opgenomen kapitaallasten vindt u bij de financiële tabellen achteraan dit hoofdstuk.

Overzicht van netto investeringen

2015

2016

2017

2018

2019

LOPENDE INVESTERINGEN:

 Immateriële activa

 Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en disagio

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Kosten van onderzoek en ontwikkeling

                      -   

                      -   

 Totaal immateriële activa

                -   

                -   

                -   

                -   

                -   

 Materiële vaste activa

 Investeringen met een economisch nut

 Anticiperende gronden  

       6.332.000-

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Gronden Wieringerrandmeer

          923.000-

       3.344.000-

       1.993.000-

          632.000-

                      -   

 Strategisch grondbeleid

       1.401.000-

       1.552.000-

       1.552.000-

       1.552.000-

       1.552.000-

 Revolving Fund Grondruilingen

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Beheergrondbank Laag-Holland

               5.000-

            56.000-

                      -   

                      -   

                      -   

 PASO gronden

       2.603.000-

       2.680.000-

       2.680.000-

       2.680.000-

       2.680.000-

 Aankoop/Restauratie en inrichting gebouw

  Mercurius te Wormer als archeologisch depot

          925.000-

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Bouwkrediet realisatie archeologisch depot te Castricum

       1.838.000

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Steunpunten voor dagelijks beheer (vaar)wegen

          505.000

       1.161.000

       2.575.000

       1.050.000

                      -   

 Provinciale wegen                                                 

  111.215.000

  112.792.000

    79.730.000

  128.330.000

    38.130.000

 Totaal materiële vaste activa

 101.369.000

 106.321.000

  76.080.000

 124.516.000

  33.898.000

 Financiële vaste activa

 Life Science Fonds Amsterdam (LSFA)

          264.000

          250.000

                      -   

                      -   

                      -   

 B.V. Kapitaaldeelname Wieringerandmeer  

               9.050-

 B.V. Zeggenschap Wieringerrandmeer

               9.050-

 Participatiefonds deelnemingen Duurzame Energie

       6.000.000

    15.000.000

    15.000.000

    15.000.000

    15.000.000

 Zeestad Beheer B.V.

               9.000-

                      -   

                      -   

                      -   

                      -   

 Diverse overige projecten

                      -   

                      -   

                      -   

Totaal financiële vaste activa

    6.236.900

  15.250.000

  15.000.000

  15.000.000

  15.000.000

TOTAAL LOPENDE INVESTERINGEN

 107.605.900

 121.571.000

  91.080.000

 139.516.000

  48.898.000

VERVANGINGSINVESTERINGEN:

 Vervangingsinvesteringen wegen PMO

    14.559.000

    18.554.000

    23.901.000

    17.789.000

    11.150.000

 Vervangingsinvesteringen vaarwegen PMO

       8.533.000

    29.748.000

    29.716.000

    23.860.000

    27.090.000

TOTAAL VERVANGINGSINVESTERINGEN:

  23.092.000

  48.302.000

  53.617.000

  41.649.000

  38.240.000

NIEUWE INVESTERINGEN:*

 nvt

                      -   

                      -   

                      -   

                -   

                -   

TOTAAL NIEUWE INVESTERINGEN

                -   

                -   

                -   

                -   

                -   

NIET-GEACTIVEERDE INVESTERINGEN

 Diverse niet geactiveerde wegenprojecten

       5.986.000

       3.623.000

       1.040.000

            50.000

 Dekking uit reserves en bijdragen derden

       5.986.000-

       3.623.000-

       1.040.000-

            50.000-

Totaal

                -   

                -   

                -   

                -   

                -   

 ACTIVA IN EIGEDOM VAN DERDEN

 Diverse projecten

       2.500.000

       2.405.000

 Dekking uit reserves en bijdragen derden

       3.023.000-

       2.405.000-

Totaal

       523.000-

                -   

                -   

                -   

                -   

Totaal netto investeringen

 130.174.900

 169.873.000

 144.697.000

 181.165.000

  87.138.000

* Nieuwe investeringen betreft nieuw toegezegde kedieten tov de Begroting 2015

Zie hiervoor ook: 5.4.2 Staat van het verloop van de investeringskredieten